WAAROM ER MET DE ALTBLOKFLUIT SOMS GEOCTAVEERD MOET WORDEN

Het antwoord kan kort zijn: in samenspelmuziek wordt de altblokfluit nogal eens in de ligging van de altzangstem genoteerd, die een octaaf lager is dan de ligging van de altblokfluit. Deze partijen moet je op de alt dus een octaaf hoger spelen dan wat er staat.
Peter van Marissing heeft daarover een wat uitgebreidere toelichting geschreven, die je hieronder kunt lezen.

De moderne blokfluit is er in twee smaken, F en C instrumenten.
In Nederland en Duitsland maken we gebruik van de menselijke stemtypen: we spreken van sopraan, alt, tenor en bas en bedoelen daar blokfluiten mee in:
garklein = c'''
sopranino = f"
sopraan = c"
alt = f'
tenor = c'
bas = f
grootbas = c
contrabas = F
contrabas = C

C instrumenten zoals de sopraan en de tenor laten, als je alle gaten dichthoudt een C horen, terwijl F instrumenten zoals de alt en de bas (en ook de sopranino) een F voortbrengen.
De grepen zijn voor alle fluiten vrijwel hetzelfde, maar ze heten anders. De basistoonladder voor een alt is f g a bes c d e f, en bij een sorpaan c d e f g a b c, en dat met dezelfde grepen. De tenor zit qua toonhoogte precies een octaaf lager dan de sopraan, dus als je sopraan kunt spelen is de tenor geen probleem meer, dat geldt ook voor de alt en de bas.

Historische instrumenten werden in allerlei stemmingen gemaakt, zoals alten in D (de voice flute) en G en ook sopranen in D. Daarbij was ook de absolute hoogte niet zoals nu a=440 maar tussen 392 en 460. Barokmuziek wordt nu veel op 415 fluiten gespeeld, precies een halve toon lager als de gangbare moderne stemming.
Lage fluiten klinken warmer en voller, in tegenstelling tot strijkers die, als je ze hoger stemt, briljanter gaan klinken. Vandaar de eeuwige strijd tussen blazers en strijkers. Veel orkesten spelen aanzienlijk hoger dan 440 Hz.

De blokfluiten worden in principe genoteerd in de toonhoogte zoals ze klinken.
Maar de sopraan is voor de G-sleutel wat hoog, en wordt daarom een octaaf lager genoteerd, dus zoals de tenor. Dat de noten een octaaf hoger gespeeld moeten worden, is aan het begin boven de notenbalk aangegeven met 'octava' of '8va' of simpel '8'. Dit kán voor andere fluiten (of instrumenten) ook het geval zijn.
Omdat het voor de sopraanblokfluit structureel is (en iedereen het dus in principe weet), laten muziek-drukkers dit 8va helaas nog weleens achterwege. Dan moet je de '8' er zélf bij denken.
Voor blokfluittisten die dit niet weten, en op sopraan beginnen te leren met muziek waarin dit is vergeten aan te geven, kan het behoorlijk verwarrend zijn !

Het is in blokfluit ensembles een voordeel als je alle fluiten kunt spelen, dan zijn het niet altijd dezelfde mensen die tenor of bas moeten spelen.